Welke vogels leven in jouw tuin?
(Met toestemming van Tuincoach.wordpress.com geherpubliceerd.)
Komend weekend, 28 en 29 januari 2017, wordt de Nationale Tuinvogeltelling weer gehouden. Als je meedoet, tel je gedurende een half uur welke vogels er in jouw tuin zijn en dat geef je door op de website van de tuinvogeltelling. Hier vind je ook informatie over de kenmerken van de vogels. Leuk en leerzaam! Ga er eens voor zitten om naar de vogels in jouw tuin te kijken en ontdek hoe ontspannend dat is, mindful en bewust in het hier en nu.
Op scholen en natuureducatieve centra wordt op 27 januari a.s. ook een vogelteldag gehouden. Voor scholen is een lespakket van de vogelbescherming (in PDF) beschikbaar. Hiernaast zie je het telformulier met de meest voorkomende vogels. Klik op de afbeelding om deze PDF direct te downloaden. Handig!
Je mag de vogels verwennen door pindaslingers en vetbollen op te hangen. Een drinkschaal met water doet het ook goed. Je kunt nog snel even een vogeltaart maken, zie mijn vogeltaart-recept. Dat wordt smullen voor jouw tuinvogels. Zet de taart op een strategische plaats zodat de kleine vogels erop af komen en het voor de grote vogels moeilijk bereikbaar is.
De meest getelde vogels en tuinbezoekers zijn:
- mus
- merel
- roodborstje
- koolmees
- pimpelmees
- winterkoninkje
- vink
- spreeuw
- duif
De grotere vogels die je liever niet in jouw tuin wilt hebben:
- ekster
- kauw
- kraai
- meeuw
Als je geluk hebt, zie je een:
- staartmees
- ijsvogel
- zwarte mees
- glanskopmees
Is jouw tuin vogelvriendelijk? En wat is daar voor nodig?
Vogels hebben vooral plezier in een tuin met een rijke afwisselende beplanting met bomen, heesters en vaste planten. En daar beleef je ook zelf elke dag kleur en inspiratie.
Vooral mussen en merels genieten van bessen en zaden. De mezen en het winterkoninkje smullen van de insecten die tussen de takken, de plantstengels en het blad zitten. Ook scharrelen de meeste vogels graag tussen de afgestorven plantendelen en het afgevallen blad op de grond. Ik pleit er al jaren voor om in de winter niet te netjes te zijn in de tuin. Al die ogenschijnlijk lelijke bruine stengels en bladeren bieden een gezonde voedingsbodem en heerlijke schuilplaats voor wormen en andere insecten. Hoe meer leven in jouw tuin, hoe minder plagen en ongewenste ontwikkelingen.
Zet een vogeldrinkschaal neer. Vooral mussen en merels nemen er graag een bad als de temperaturen gaan stijgen. Als het vriest kun je het water elke dag verversen. Vogels drinken ook in de winter!
Hang nestkastjes op een beschutte plaats met de vliegopening op het oosten gericht. Zo schijnt de ochtendzon er lekker op en wordt het toch niet te warm binnen. De beste plek is op ongeveer 2 meter hoogte waar een kat er niet gemakkelijk bij kan.
Er zijn veel verschillende nestkastjes te koop. De verschillende vogels hebben immers allemaal een eigen voorkeur. Een roodborstje houdt van een open kast op de hoek van een schuur of veranda zodat hij gemakkelijk af en aan kan vliegen. Het winterkoninkje nestelt graag in een buidel van zeegras. De pimpelmees kiest een houten kast met een kleinere vliegopening dan de koolmees. Mussen leven graag in groepen en maken nesten in heggen of onder dakpannen. Merels kiezen meestal een plek in een dichte haag of klimplant met een wirwar aan takken en groenblijvend blad. Ze verankeren hun nest zorgvuldig en komen graag meerdere jaren op dezelfde plek terug. Laat de nesten zitten!
Veel plezier met de vogels in jouw tuin.
Ik hoor graag in het reactieveld hieronder wat er in jouw tuin aanwezig is om de vogels een warm welkom te geven. Of waar je hulp bij kunt gebruiken.
Schrijver: Mariëtte Verlaan
Leave a Comment