Menu

Rozemarijn

rozemarijn

Inge Leonora – den Ouden

Officiële naam: rosmarinus officinalis, uit de familie van de lipbloemen.

Uiterlijk

Rozemarijn is een altijd groen struikje. De blaadjes zijn 1-1,5 cm lang en maar enkele mm breed. Hun randjes zijn naar beneden gerold, waardoor ze nog smaller lijken. Van onder zijn ze viltig en licht grijsgroen, van boven wat donkerder groen. De bloemetjes zijn klein en staan bijeen langs de toppen van de takken. Zoals alle lipbloemen heeft rozemarijn een bloemkroon met lippen. Hoe die bloemen er precies uitzien zie je op het plaatje. Rozemarijn bloeit van vroeg in het voorjaar tot in de zomer.
Bovenstaande geldt voor alle variëteiten van de rozemarijn. Er zijn echter verschillende vormen. De wilde rozemarijn kan wel anderhalve meter hoog worden. Sommige kweekvormen blijven veel lager, of zijn kruipend. De bloemetjes kunnen van kleur variëren van wit via blauwig lila tot diep paars, of met een geaderd effect. Sommige variëteiten hebben wat grotere bloemen.

Geschiedenis en voorkomen

Rozemarijn komt van oorsprong uit het gebied rondom de Middellandse Zee. ‘Ros marinus’ betekent ‘dauw der zee’. Het werd al bij de oude Egyptenaren, Grieken en Romeinen gebruikt. ‘Officinalis’ geeft aan dat het geneeskrachtig is. Doordat het in kloostertuinen werd gekweekt is het in de noordelijkere streken terechtgekomen. Het kan de winter redelijk doorstaan. Het groeit het best op een droge, zonnige plek met goed doorlatende en kalkrijke grond.

Gebruik

De geurige blaadjes en de bloemetjes van de rozemarijn worden voor heel veel toepassingen gebruikt. In de keuken: bloemetjes als garnering van salade, of gekonfijt (in suikerstroop gedrenkt en daarna gedroogd) op taart. Hele blaadjes worden meegebakken met vlees (vooral lamsvlees) en bij aardappeltjes. Fijngesnipperde blaadjes gaan in tomatensaus voor pasta, meestal samen met knoflook en andere kruiden. De smaak van de blaadjes komt het best uit als ze even gebakken worden.

Medicinaal:

De blaadjes worden gedroogd verwerkt in een aftreksel of etherische olie. Het aftreksel wordt gebruikt tegen jeukende hoofdhuid en haaruitval. Als thee werkt het verwarmend, verbetert de bloedsomloop. Gorgeldrank tegen keelpijn kun je maken van rozemarijn en salie. Die drank kun je ook innemen tegen een opgeblazen gevoel.
Zwangere vrouwen moeten rozemarijn echter niet inwendig gebruiken. Met de olie kun je het voorhoofd masseren tegen stress-hoofdpijn of voor verlichting bij verstopte bijholten. Pas echter op: gebruik het niet als je migraine hebt of epileptisch bent. Pijnlijke gewrichten en spieren masseren met olie van rozemarijn en sint-janskruid verlicht de pijn.

Overig gebruik:

In het bad of op een spons / washandje onder de douche. Je kunt daarvoor een aftreksel of olie gebruiken. Bij stress is dit ontspannend, en tegelijkertijd verhelderend voor de geest. Bij een stressvolle situatie, zoals een examen, zou een takje rozemarijn achter je oor of in je haar helpen om je beter te concentreren. Leg takjes rozemarijn tussen het linnengoed in de kast voor een frisse geur.
Als je op een zomeravond buiten zit, bij de barbecue of vuurkorf, laat dan wat rozemarijnblaadjes verbranden tegen lastige insecten. Het voordeel van rozemarijn in je tuin is, dat slakken de planten niet lusten. Een heggetje van rozemarijnstruikjes langs je moestuin zou tegen slakken helpen. Als je de rozemarijnheg combineert met een rij uitjes, bieslook, e.d. is er nog meer kans dat de slakken hun heil elders zoeken.

Zelf kweken

Het is makkelijk om een plantje te kopen en in je tuin of in een pot te zetten. Zorg wel voor goede grond. Op zware vochtige klei in een donker hoekje zal het niet lukken. Als je meer dan één plantje wilt, kun je rozemarijnzaad zaaien. Doe dit vroeg in de lente, binnenshuis of in een kas. Om te kiemen heeft het zaad veel warmte nodig.

[yabp 52]

Je kunt je rozemarijn haar eigen gang laten gaan. Zonder verzorging wordt ze in een paar jaar een grote, warrige bos. Vaak worden stam en onderkant van de takken kaal. Je hebt dan alleen bovenaan de takken blaadjes en bloemetjes. Het helpt wel een beetje als je er veel van gebruikt. Je knipt dan steeds de toppen weg en de plant maakt meer zij-uitlopers. Om goed te groeien zal ze graag wat voeding krijgen, in de vorm van compost.
Als je al een flinke plant hebt, kun je daarvan meer maken door ‘afleggen’. Dat werkt ook om een struik die van onderen te kaal is geworden om te toveren in mooie nieuwe rozemarijntjes. Buig de struik zo, dat de takken bij de grond komen. Duw ze, net onder het deel met bladeren en bloemen, onder de grond. Verzwaar de takken zo nodig met stenen of extra grond. Daar waar de takken in de grond zitten maken ze nieuwe worteltjes. Doe dit in juni, in augustus kun je de rest van de struik er dan af knippen (en als die lelijk is weghalen).

Schrijver:

Rozemarijn afleggen

Leave a Comment

Translate »